Wc-papier en wimperkrullers

Ewout Kieckens

We kwamen zonder wc-papier te zitten. We hadden kennelijk niet voldoende gehamsterd tijdens de eerste coronagolf. Mijn vrouw vroeg of ik even wat rollen bij de supermarkt wilde halen. “Neem wel een tas mee”, zei ze nog. Even later kwam ik terug met een pak van tien onder mijn arm. “Waarom heb je dat niet in een tas gedaan?” vroeg ze verwijtend. Ze vond het niet gepast dat ik met zichtbare wc-rollen over straat was gegaan.
Je loopt in Italië niet onnodig met wc-papier rond. In de tv-reclames van Scottex, een merk toiletpapier, heeft altijd een jonge puppy of baby de hoofdrol, nooit een volwassene. Scottex, onderdeel van een Amerikaanse onderneming, maakt die reclames vast alleen voor de Italiaanse markt. Met dieren of kinderen in de hoofdrol is het alsof het niet over poepen en plassen gaat. De kleintjes zorgen voor taboo softening, zoals dat heet in de sociologie. Dankzij die reclames, die al tien­tallen jaren op de Italiaanse buis zijn, staat Scottex tegenwoordig voor toiletpapier. Het is er een synoniem van geworden. Zoals Kleenex staat voor papieren zakdoekjes. Dat kan geen toeval zijn. Ook in Nederland en Vlaanderen hebben we merken die soortnamen zijn geworden (Spa, Velpon, Chocomel), maar het zijn in het algemeen geen woorden die iets moeten verhullen.

De verbloeming van toiletpapier gaat heel ver want Scottex verhult een woord dat van zichzelf al verhullend is. Wc-papier is in het Italiaans carta igienica. De woorden hebben haast een romantische gloed over zich. De terminologie doet zelfs een beetje plechtig aan. Als je er in de winkel bij een verkoper om vraagt (als die schaamteloze actie al bij je opkomt), is het alsof je het over de Magna Carta hebt. Dan heb je het over begrippen als vrijheid en democratie. Feces? Die komen hierbij onmogelijk in je gedachten op.
Dingen die je doet op de wc houd je voor jezelf, dat is wel zo’n beetje de gedachte in Italië. En dat geldt voor alles wat je met het lichaam doet: douchen, epileren, opmaken et cetera. Dat doe je thuis, achter gesloten deuren. Toen ik laatst in Nederland de trein nam, zat ik tegenover een meisje dat met een wimperkruller aan de gang was. Ik heb het nooit eerder in Italië gezien. Aan de overkant van het gangpad deed op datzelfde ritje (Schiphol-Amsterdam-Zuid) een meisje mascara op. Het voelde alsof ik bij haar in de badkamer stond.
Is dergelijk ‘exhibitionisme’ beter of slechter? Nee, maar het verschil is zo duidelijk. Het verschil heet privacy. Je kunt het ook preutsheid noemen. Dat komt ook naar voren in de sauna. We waren afgelopen winter in Oostenrijk. Wij (vrouw, kind, ik) kwamen in ons zwemgoed de ruime Finse cabine in. Een norse Duitser gromde ons toe dat we naakt moesten zijn. We dropen af. Als het in sauna’s al zo toegaat, kun je je voorstellen hoe het op naaktstranden is. Nudisten worden toch vaak gezien als perverselingen. Er zijn veertig naaktstranden in heel Italië, vijfduizend mensen zijn lid van de landelijke nudistenclub. Dat is 0,0008 procent van de bevolking.
De vraag is natuurlijk waarom de homo italicus niet gesteld is op pats-boem-voor-je-gezicht bloot. Aan halfnaakte vrouwen op de buis is tenslotte geen gebrek. Dat is waarschijnlijk het verschil: halfnaakt is niet bloot.
Misschien staat Italië ook wel model voor de post-­individualistische samenleving, als die er ooit komt. De westerse samenleving is nu zo individualistisch dat iedereen binnen het wettelijke kader maar doet wat hij of zij wil. Of je vermeende persoonlijke vrijheid anderen tegen de borst kan stuiten, je naaktheid of wimperkrullerij, is van ondergeschikt belang. Misschien krijgen we daar eens genoeg van. Dan weten we wat het beloofde land is. •

Ewout Kieckens woont al vele jaren in Rome en schreef diverse boeken. Hij belicht opmerkelijke zaken van het leven in Italië.

Nieuwsbrief

Advertentie

Bezoek Italië, Emilia Romagna

instagram